.

Onderstaand artikel schreef ik in 2007 en werd destijds gepubliceerd in De Wijkkrant, de voorloper van Wijkkrant Oud Noord.

‘Moord op een molenaar’ en andere verhalen

 

Onlangs verscheen het boek ‘Molens, Maalderijen en Meelfabrieken in Tilburg’. Dit prachtig uitgevoerde boek met veel foto’s van molens die ooit in Tilburg hebben gestaan, komt van de hand van mede-wijkbewoner Ad Vorselaars. Een groot deel van zijn leven heeft hij besteed aan het onderzoek naar de Tilburgse molens. Vandaar dat wij besloten om hem te vragen naar zijn drijfveren om deze gigantische klus aan te gaan. Maar uiteraard staan we ook stil bij de molens die bij ons in de wijk hebben gestaan en … er nog staan.

 

Een jaar of acht geleden sprak ik Ad Vorselaars voor het eerst. Ik wilde graag wat meer weten over de molens die aan het Rosmolenplein hebben gestaan. In het Tilburgse archief wist men mij te vertellen dat daar wekelijks een man kwam die al meer dan dertig jaar onderzoek deed naar Tilburgse molens.

Bij mijn bezoek destijds aan de heer Vorselaars beloofde hij mij dat er een boek zou komen. En informeerde hij nog enigszins achterdochtig of ik toevallig niet met de door hem verstrekte gegevens aan de haal zou gaan. Nee, dat was ik niet van plan, waarna ik alle informatie kreeg die ik wilde.

 

En gelukkig, het boek is er. We mogen Ad Vorselaars met recht dé molenonderzoeker van Tilburg noemen. Hoewel hij voor het redactionele werk de hulp van Jan Scheirs heeft ingeroepen, komt het verzamelen van alle gegevens volledig op zijn conto. En dat is heel wat, want er is geen bron onbenut gelaten om informatie te verzamelen. Naast de vele archieven en archiefstukken zijn systematisch alle oude Tilburgse kranten doorgenomen om aan materiaal te komen.

Het boek geeft een overzicht van de vele windmolens, maar ook van de rosmolens, die ooit op het Tilburgse grondgebied hebben gestaan. Daarnaast wordt aandacht besteed aan meelfabrieken, die de rol van de molens als graanmaalderij uiteindelijk hebben overgenomen.

 

Bron: Ad Vorselaars

De molen aan de Elzenstraat vóór 1933.
Bron: Ad Vorselaars

 

“Het zal zo’n veertig jaar geleden zijn, dat ik in het Tilburgse archief startte met mijn onderzoek”, vertelt Ad, nadat hij mij van koffie en koek voorzien heeft. “De gemeente-archivaris en ik kwamen zowat tegelijkertijd op het idee om de Tilburgse molens in kaart te brengen. Want er verschenen destijds volop boeken over Brabantse molens, maar Tilburg bleef op dat gebied een witte vlek. En ja, dan begint je Tilburgse bloed toch te stromen hè!”

 

En dan de molens zelf. Na het hoofdstuk over de de Korvelse molen, die reeds in de 13e eeuw bestond en daarmee mogelijk de oudste Tilburgse molen was, volgt een hoofdstuk over ‘onze’ Veldhovense molen, die aan het Rosmolenplein heeft gestaan. Deze houten standerdmolen, is waarschijnlijk kort na de Korvelse molen opgericht door de ridderfamilie Back. In 1889 bouwde molenaar Holten op deze plaats een nieuwe molen die de naam ‘De Ruiter’ kreeg. De bovenbouw van ‘De Ruiter’ is afgebroken, maar de romp bestaat nog. Vanaf het Rosmolenplein is hij tussen de tralies van een ijzeren hekwerk door nog net zichtbaar. In het boek staat een prachtige foto van de theetuin, die zo’n 100 jaar geleden aan de voet van de molen lag en die bij het café, annex molenhuis hoorde. Dat molenhuis kent u vast nog wel. Het is pas enkele jaren geleden gesloopt ten behoeve van het appartementencomplex dat ter plaatse is gebouwd.

 

Wat veel mensen niet blijken te weten is dat het plein niet naar déze molen is genoemd. Aan de overkant van het plein, daar waar nu huisnummer 14A staat, stond tot 1884 een echte rosmolen. Een houten raderwerk, door één en later door twee paarden voortbewogen, bevond zich hier in een houten schuur. Deze rosmolen is waarschijnlijk gelijktijdig met de eerste windmolen opgericht.

En dan was er nog een gebouw dat bij dit molencomplex behoorde. Ook dit pand zal bij veel lezers nog bekend zijn. Het stond tot 1980 op het de hoek van de Hoefstraat en de Molenstraat. Het was het bekende witte pandje, dat honderden jaren als molenhuis van de beide molens dienst heeft gedaan.

 

Een andere molen aan de rand van de wijk was de molen aan de Bosscheweg. Deze stond ongeveer waar nu het Wilhelminakanaal de Bosscheweg kruist. De aanleg van dit kanaal was tevens de reden voor de afbraak van de molen.

BRON: Ad Vorselaars

De molen aan de Bosscheweg langs de spoorlijn circa 1910, gezien vanaf de nog onbebouwde Armhoefse Akkers.
Bron: Ad Vorselaars

Ad Vorselaars krijgt nog dagelijks veel leuke reacties op zijn boek. Enthousiast toont hij mij de waslijst aan e-mails van mensen die het boek gekocht en gelezen hebben. “Wat zij vooral leuk vinden”, zegt hij, “Is dat niet de technische verslaggeving van de verschillende bedrijven overheerst, maar juist de alledaagse dingen”.

 

Het boek is inderdaad ruim voorzien van prachtige illustraties, zoals oude krantenberichten, wervingsadvertenties waarin molenaarsknechten worden gevraagd en advertenties voor de molenaarsproducten. In de vele  anekdotes over het reilen en zeilen van de molenaarsfamilies worden zelfs moord en doodslag niet geschuwd. Zo biedt het verhaal van de moord op Adriaen Corstiaanssen in 1658, destijds molenaar op de Veldhovense molen, ons een aardig beeld van de aanleiding tot - en de nasleep van deze tragedie in die tijd.

 

Deze verhalen, samen met een schat aan historisch materiaal en nog niet eerder gepubliceerde foto’s, maken dit boek hoe dan ook tot een standaardwerk, dat voor diegenen die in de Tilburgse historie geïnteresseerd is, niet mag ontbreken.

Er rest mij nog slechts één vraag: “Wat gaat u doen, nu het onderzoek naar de molens voltooid is?”

“O, maak je daar maar niet druk om”, zegt hij desgevraagd. ‘Er valt nog zoveel te onderzoeken dat ik me de komende jaren nog wel bezig kan houden”.

En dat geloof ik graag.

 

Ad is inmiddels geen wijkbewoner meer maar levert vanuit een ander stadsdeel nog steeds een grote bijdrage aan de Tilburgse geschiedenis.

© 2013 Alle rechten voorbehouden.

Maak een gratis websiteWebnode